Zuurstoftent


Volgens de afmetingen van mijn lichaam zou ik best een aardige klimmer kunnen zijn. Mijn BMI van 20,5 is het met deze stelling eens. Echter bijna iedere confrontatie met een weg die meer of langer dan een viaduct omhoogloopt, mondt uit in een teleurstelling. Hoe ik ook mijn best doe, volgens Strava is bijna iedereen sneller dan ik omhooggegaan, op zo’n beetje iedere klim. Gelukkig zijn er uitzonderingen. Ik ben namelijk op plekjes geweest waar ik top-10 gereden heb of waar ik zelfs tot koning van de berg ben gekroond. De segmenten waarop dat is gebeurd, heb ik dan zelf aangemaakt. Het zijn tijdelijke ereplaatsen.

De Totenhügel, Posbank, en de Muur van Opglabeek. Veel meer dan dat kom ik aan klimmerswerk doorgaans niet tegen in een jaar en meer dan 50 meter boven NAP kom ik bijna nooit. Als het dan zover is, is het meteen heroïsch. Voor mij althans. Zoals het kleine stukje Luik-Bastenaken-Luik dat ik met zwager Bob reed, net op die ene dag dat het dit jaar winter was. Tijdens de hoogtestage in het Duitse laaggebergte werd er gekluund met Hein; het was geen doorslaand succes. De ambitie ooit een goede klimmer te worden heb ik al lang laten varen. Medisch onderbouwde verhalen over het sneller aanmaken van rode bloedlichaampjes in ijle lucht en slapen in een zuurstoftent interesseren mij al lang niet meer. Ik heb het geaccepteerd en kan het laten rusten, dacht ik. Maar die rust werd afgelopen zomer verstoord.

Ik ben namelijk op vakantie geweest, in Frankrijk, en de fiets was uiteraard mee. Het liefst ga ik naar een plek waar het lekker weer is. En of je nu in Normandië, de Elzas of de Alpen bent, fietsen kan overal. Het maakte mij dus eigenlijk niet zoveel uit waar we naartoe zouden gaan. Mijn vriendin Roos dacht daar kennelijk anders over. Die vond het namelijk erg belangrijk dat we naar een gebied gingen waar ik kon fietsen. Alle campings en hotels in het hoog-, middel- en laaggebergte had ze als ongeschikt aangeduid wat het kiezen van een bestemming voor haar een stuk makkelijker maakte. Lekker confronterend. Ik ben benieuwd wie mij bij haar verraden heeft want op basis van mijn verhalen die ik haar ‘s zondags na het fietsen vertel, had ik minimaal de Alp d’Huez als bestemming verwacht.

Afijn, het werd de Dordogne. Lekker veilig langs de rivier, dat moet Jan wel lukken … zal ze gedacht hebben. Als je het heel positief bekijkt, is de Dordogne een bergachtig gebied, namelijk een geërodeerd laaggebergte. De verhouding camping/kasteel is er ongeveer een-op-een en de klimmetjes naar de hoger gelegen kastelen waren vanaf de camping nooit langer dan een kilometer à 7%. Voor mij was dat genoeg om kapot te gaan en dat deed ik, onderweg naar opnieuw een kasteel of wat daarvan over was en op maximaal 295 meter hoogte. Roos had gelijk. Ze mag dan ook de volgende vakantie uitkiezen, ergens in Frankrijk waar ik kan fietsen. En tot die tijd slaap ik voor de zekerheid in een zuurstoftent!

 

Bestel hier 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s